Geweldloosheid en vrede.

Een heilige komt in een dorp en wordt gewaarschuwd voor een grote gevaarlijke slang

op de weg net buiten het dorp. De slang ziet de heilige naderen, herkent hem als heilige

en vraagt nederig om onderricht. De heilige vertelt hem geweldloosheid te betrachten.

Na een tijd komt de heilige terug en kan de slang nergens vinden. Hij gaat naar hem op

zoek. Angstig en uitgehongerd vindt hij de slang in zijn hol, bevend van angst. De heilige

vraagt hoe dit komt. De slang vertelt dat hij geweldloosheid betrachtte, dat de kinderen

dat door hadden en hem begonnen te pesten en schoppen. Van angst durfde hij zijn hol

niet meer uit te komen voor het zoeken van voedsel. De heilige werd boos en zei tegen

de slang dat hij zichzelf tekort had gedaan. Want hij had best met zijn staart kunnen

zwaaien, hij had kunnen sissen om te dreigen en zichzelf te verdedigen.

Het is wat te simpel om het begrip geweldloosheid in te vullen met niet meer agressief

zijn, de wapens weggooien, gaan zitten en lief zijn voor elkaar. Kortom, gebruik geen

geweld meer en alles komt goed. Geweldloosheid wordt vaak verward met passiviteit,

terwijl het een heel proces is om op een goede manier met geweld en geweldloosheid te

leren omgaan. Agressie is niet alleen negatief, hoewel het verklaarbaar is dat het vooral

die associatie bij mensen oproept. Van nature gebruikt een dier bijvoorbeeld geen

geweld omwille van het geweld, de agressie van een dier is functioneel. Dieren

gebruiken hun kracht om hun territorium te verdedigen, doden een prooi omwille van

het voedsel, gooien soms de zwakste jonkies uit het nest om de anderen een betere

overlevingskans te geven en om dezelfde reden strijden de twee sterkste kuddedieren

om het leiderschap. De mens gebruikt als enige wezen geweld soms omwille van het

geweld en schroomt zelfs niet om dieren daarvoor te misbruiken (fokken van

kemphanen, vechthonden etc.).

Agressie is net zoals seksualiteit een natuurlijke drift om te overleven, een kracht die je

op verschillende manieren kunt gebruiken. Je moet deze krachten niet ontkennen of

negeren, want daarmee verdwijnt de energie niet. Integendeel, je blokkeert zo je

emoties waardoor de energie zich als frustratie in je lichaam opslaat. Zodra zich een

gelegenheid voordoet, komt die opgehoopte energie naar buiten. Vaak nog krachtiger

dan wanneer je de emotie direct geuit had, juist omdat de kracht onder druk gehouden

is. Heel treffende uitdrukkingen daarvoor zijn: het deksel vliegt eraf, je bent witheet of

razend van woede, de boosheid schiet als een vlam door je heen...

Geweldloosheid heeft een relatieve kant. Je mag en kan jezelf verdedigen in situaties

waarin jij en/of je gezin en samenleving bedreigd worden. In de yogavisie kan doden

een gevolg zijn van de noodzaak en de plicht tot verdediging. Het streven naar

geweldloosheid moet je dus eerder vanuit de realiteit dan vanuit het ideaal zien en

beoefenen. Je hoeft geweld niet op te zoeken, maar je kunt niet ontkennen of negeren dat

er geweld ís. Martial arts, de oosterse vechtkunsten, zijn een goed voorbeeld van

zelfverdediging op basis van beheersing en controle. Een beoefenaar van deze kunst

zoekt het geweld niet op, maar beheerst zijn lichaam zodanig dat hij het zo nodig met

een dodelijke precisie kan gebruiken Verwar het jezelf verdedigen niet met agressie

omwille van de agressie en met wraakgevoelens. Streven naar geweldloosheid is een

proces en een resultaat, dat voortkomt uit het ontwikkelen en naleven van de yama’s en

niyama’s.

 

1. Fysieke geweldloosheid

Lichamelijke geweldloosheid uit zich in respect voor ieder levend wezen, de natuur en

alles dat deel uitmaakt van de kosmos. Ieder wezen leeft onder dezelfde zon, voelt

dezelfde wind, leeft op dezelfde aarde en leeft van dezelfde energie. Elk leven is

onderhevig aan geboorte, groei, verval en dood. Al het leven is onlosmakelijk met elkaar

verbonden door de kosmische energie die overal stroomt. Extreem omgaan met welk

gebod of leefregel dan ook is niet goed. Vanuit het standpunt van de yoga zou de mens

een dier echter niet moeten doden om een eigen verlangen naar vlees te bevredigen. De

plantenwereld biedt ons ook voldoende hoogwaardige alternatieven.

 

2. Verbale geweldloosheid

Een wond die is veroorzaakt door een pijl geneest snel, maar een wond die is

veroorzaakt door gewelddadig spreken, geneest heel langzaam. Verbale geweldloosheid

wil zeggen dat je je bij het spreken niet meer laat verleiden tot beledigingen, vloeken,

roddels, moddergooien, kwaadaardigheid, slechte adviezen... Je laat je actie niet leiden

door tamische maar door satvische invloeden.

 

3. Intellectuele geweldloosheid

Intellectuele geweldloosheid betekent inzien dat geweld niet de oplossing is op satvisch

niveau. Oorlogen kunnen bijvoorbeeld wel via de wapens beslecht worden, maar daarna

moet er een ander proces op gang komen. Gebeurt dat niet, dan is de kiem voor het

volgende gevecht gelegd en kunnen de messen alweer opnieuw geslepen worden. Tracht

conflicten bij de kern te houden, de centrifugerende kracht van een conflict is vaak

groter dan het conflict op zich. Laat je niet verleiden tot het dualisme van de strijd,

gebruik je intellect zodat partijen niet lijnrecht tegenover elkaar komen te staan.

Verwerf inzicht in je functioneren en zijn, daarmee creëer je ruimte in de omgang met

mens en dier. Hoe meer je beseft dat alle materiële en stoffelijke zaken vergankelijk zijn,

des te gemakkelijker en vollediger kan je je geweldloosheid eigen maken.

Wat is geweld?

Geweld is een vorm die uitnodigt tot ongelijkheid. Geweld is een vorm waar

teleurstelling aan ten grondslag ligt. Geweld op zich is een effect en niet een

oorzakelijkheid. Geweld is een uitingsvorm ter bescherming van. De bron van geweld is

teleurstelling. De bron van een teleurstelling is een verlangen. Een verlangen ontspruit

in onze mind van emoties. Wordt voortgebracht vanuit ons referentiekader van het

denken. Ons denken dat zorgvuldig is samengesteld vanuit het verleden van de

opvoeding, ervaringen en opgedane beperkte en aan verandering onderhevige kennis.

Door zorgvuldig na te denken en onze concepten te relativeren, onze ego’s te relativeren

kunnen we ons nageslacht een vreedzamere toekomst geven.

Kennis en vooral universele kennis is de sleutel tot vrede.

Ron Post

Ron van der Post

In de traditie van BrahmRishi Viswatma Bawraji is Ron van der Post [1955] opgeleid en getraind. Hij heeft reeds een leerschool van 22 jaar achter de rug in deze traditie. Hij is een van de weinige studenten uit het westen die in India zijn opgeleid. Op aandringen van zijn Guru is hij begonnen met het doorgeven van deze indrukwekkende kennis in de vorm van een opleiding die in 1996 is gestart.
Gedurende vele jaren ontving hij het klassieke onderricht in de yoga op de vele reizen die hij samen met zijn Guru ondernam in de Himalaya en noord India. Tijdens deze reizen liet zijn Guru hem gastlessen verzorgen aan de lokale yogastudenten in de Himalaya. Zijn Guru heeft verschillende malen een bezoek gebracht aan het yogaschool hier in Nederland om lezingen te geven.

In het begin van de zoektocht heeft Ron intensieve trainingen  van BKS Iyengar mogen volgen zowel in Nederland als in het buitenland [Griekenland,Denemarken], heeft hij poweryoga in Engeland gevolgd in de jaren ’80, toen het nog compleet onbekend was. En uiteindelijk in India beland hij bij zijn Guru waar hij binnen een levende traditie opgeleid werd en wordt. 
Daarnaast volgde hij opleidingen in de verpleging, maatschappelijk werk, psycho-sociaal werk, sportmassage, shiatsu-therapie en voedingsleer. Naast het werk in de eigen praktijk geeft hij gastcolleges, workshops en lezingen. Als docent heeft Ron ruime ervaring met het geven van cursussen voor particulieren en yoga-docenten. 
Ook draait de beroeps opleiding tot Yoga docent al reeds jaren met succes. Zowel voor Ron als het centrum geldt dat juist in verbinding met de buitenwereld theorieën, mensen en activiteiten zich telkens blijven vernieuwen.

 

Plaats hier je reactie!


Je bericht wordt verzonden...